door: Marc Hoeben | 21 juli 2016
Het is een fraai gezicht en het brengt ons een beetje terug naar de jaren vijftig van de vorige eeuw, toen het nog heel normaal was: bij voetbalclub Purmersteijn in Purmerend worden deze zomer de grasvelden op natuurlijke wijze ‘onderhouden’ door een kudde schapen van een hobbyboer. Het ideetje van terreinmeester Jan Butter van de gemeente heeft in elk geval al veel reacties opgeleverd. De gevolgen ervan voor de bodemgesteldheid zullen over enkele weken blijken, als de uitkomsten van het onderzoek van de meeliftende Universiteit van Wageningen bekend worden.
Hij noemt zichzelf een man met een ‘boereninslag. “Ook al kom ik dan wel uit een gewoon burgergezin.” Jan Butter (‘ik ben een echter Purmerender, maar woon inmiddels in Kwadijk’) is als terreinmeester van de gemeente Purmerend van het bevlogen soort. Hij heeft de gemeentelijke voetbalvelden onder zijn hoede, met speciale aandacht voor die met natuurgras. Butter is bezig om in korte tijd beroemd te worden.
“Man, ik ben ook al in de radioshow van Edwin Evers op Radio538 geweest. Hij probeert natuurlijk met zoiets de draak te steken. Dat vond ik helemaal niet erg, anders had ik ook niet meegedaan. Maar aan het einde vond hij het een uniek project. Hij gaat over een paar weken ook terugbellen, om te vragen wat nu uiteindelijk de resultaten zijn.”
"Lammeren hebben kleine hoefjes, waardoor het veld ook minder wordt aangetast. En ze grazen de boel mooi kort"
Wat een kudde schapen allemaal niet kan doen. Of beter gezegd, een kudde lammeren. “Met grote schapen heb je ook grote hopen stront. Die gaan er wel eens lekker voor liggen en voordat je het weet produceert zo’n beest drie kilo mest. Bij lammeren is dat veel minder en zijn de keutels veel fijner. Ze hebben kleine hoefjes, waardoor het veld ook minder wordt aangetast. En ze grazen de boel mooi kort.”
182 'grasmaaiers'
Misschien dat ook Evers de opgedane kennis nog eens in de praktijk gaat brengen. Hij is sponsor en aanhanger van de nieuwbakken tweede divisionist HHC Hardenberg. Butter: “Oh, is dat zo? Ha, ja leuk. Daar ga ik het de volgende keer over hebben. Misschien is het inderdaad ook wat voor zijn club.” De oorspronkelijke gedachte van Butter was om zo’n drie- tot vierhonderd van die ‘grasmaaiers’ naar de velden van Purmersteijn te halen. Maar sinds enkele weken zijn bij de zondag-eersteklasser 182 lammeren actief. “Van een hobbyboer uit de omgeving. Hij houdt er van om de zaken op een biologische manier aan te pakken.”
Die instelling zit er bij Butter zelf ook wel een beetje in. “Normaal maaien we de velden en gooien we er mest op. Eigenlijk is dat allemaal heel onnatuurlijk. Door de situatie van de velden bij Pumersteyn ben ik aan het denken gezet. Het is daar vier of vijf jaar terug gerenoveerd. Maar het was steeds niet naar mijn zin. Het kleurde niet lekker, er kwamen vlekken in, en het groeide niet goed. Ik ben dagelijks op onze velden en vraag me voortdurend af hoe we de zaken kunnen verbeteren. En daarbij ben ik ook graag iemand die innovatief denkt.”
In dit geval leidde het ‘innovatieve denken’ tot een beeld dat juist vroeger heel normaal was. “Man, in mijn jeugd was het heel gewoon als ze voor de wedstrijd de schapen van het veld moesten halen. De hoeveelheid stront die er lag, dat was dan wel weer een ander verhaal.”
Licht, lucht en water
Met de lammeren is voor Butter een lang gekoesterde wens in vervulling gegaan. Hij is nu 65 jaar en zit enkele maanden voor zijn pensioen. Hij vindt het prachtig dat hij dit nog mag meemaken en hij hoopt dat het goed uitpakt. “Essentieel voor een goed veld zijn licht, lucht en water. Nou, licht en water hebben we. Dat met die lucht is soms moeilijker. Na gesprekken met de mestleverancier kwam ik op het idee om met ruige mest van schapen te gaan werken. Ik wilde dolgraag dat het al vorig jaar zou gebeuren. Maar dat heeft door omstandigheden wat langer geduurd. Gelukkig doen we het nu toch.”
“Man, ik heb heel veel reacties gekregen. Iedereen vindt het een prachtig gezicht”
Onderzoekers van de Universiteit van Wageningen hebben voor de proef van deze zomer een nulmeting van de bodemgesteldheid gedaan. “Ik heb al gezegd dat je het niet bij deze ene keer moet houden, maar dat je het over een langere periode moet proberen. De lammeren lopen hier nu enkele weken en er ligt behoorlijk wat mest. Half juli gaan ze eraf. We halen het overschot aan mest eraf en met een klepelmaaier slaan we de rest van de mest stuk. Daarna werken we nog met een kriebeleg, die ik heb ontworpen. Daarmee wordt de mest nog veel fijner.”
Donkergroene gloed
De bodemstructuur moet verbeteren, de goede grassoorten moeten de kans krijgen goed wortel te schieten. Butter hoopt straks in het veld van Purmersteijn een mooie donkergroene gloed terug te zien. “Man, ik heb heel veel reacties gekregen. Iedereen vindt het een prachtig gezicht.”