Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

'Sproef' laat kinderen proeven van zoveel mogelijk sporten

door: Thomas van Zijl | 14 april 2016

Hockey omdat hun ouders dat vroeger deden, misschien voetbal om met vriendjes op het veld te staan; veel kinderen kiezen op jonge leeftijd voor een sport die misschien helemaal niet zo goed bij ze past. Goed maar toch min of meer vrijblijvend kennismaken met talloze andere sporten is nu nog ingewikkeld. Het nieuwe concept Sproef pakt dat probleem aan.  

XL14-Sproef-MargotVanBeusekomSproef is een idee van Margot van Beusekom. De afgelopen negen jaar werkte ze voor strategisch marketingbureau VODW. Ze droeg bij aan projecten voor verschillende organisaties in de sport, maar wist dat sport ten langen leste nooit een speerpunt van het bedrijf zou worden. Van Beusekom begon voor zichzelf en richtte sportadviesbureau Firma Leef! op. Meer dan ooit kan ze zich inzetten voor sport en waar nodig samen met organisaties, verenigingen en bonden verandering in gang zetten.

Aantrekken en behouden
‘Sportermarketing’ is voor Van Beusekom het centrale thema, oftewel het aantrekken én behouden van mensen voor de sport. “Er is niets mis met commercie, maar het belang van de sporter, de sporterexperience, hoort op de eerste plaats te staan. Als het idee goed is en de sporter geboeid blijft, komen sponsors en partners vanzelf.”

Het blijven boeien van sporters begint wat Van Beusekom betreft al op jonge leeftijd. Kinderen die een sport leuk vinden, blijven het langer doen. Ze zijn minder gevoelig voor klassieke ‘afhaakmomenten’, tijdens de puberteit en als ze rond hun zeventiende of achttiende gaan studeren of beginnen met werken.

"Kinderen gaan hockeyen of voetballen omdat ze dat van huis uit meekrijgen, het hoort erbij"

Essentieel is dan wel dat kinderen een sport beoefenen waar ze plezier in hebben. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat de kans aanzienlijk stijgt dat ze in dat geval ook op latere leeftijd nog actief zijn. Niet te snel en vastomlijnd kiezen is belangrijk om verveling en mogelijke teleurstelling te voorkomen. Van Beusekom:

“De keuze voor een sport is nu vaak bijna een onbewuste. Kinderen gaan hockeyen of voetballen omdat ze dat van huis uit meekrijgen, het hoort erbij. Natuurlijk kan dat goed uitpakken, maar er zijn nog zoveel andere mogelijkheden.”

Eén proefles volstaat niet
Die andere mogelijkheden kunnen overigens nu ook verkend worden, maar niet op een manier die volgens Van Beusekom ideaal is. Die ene proefles volstaat niet om te kunnen bepalen of een sport wel of niet in de smaak valt. Er is bovendien onvoldoende tijd om de benodigde motorische vaardigheden te ontwikkelen. De andere optie is volwaardig lid worden van een vereniging. Voor veel ouders en kinderen gaat die stap juist weer te ver. Daarom lanceert Van Beusekom samen met compagnon Esther Huijsmans en steun van verschillende sportbonden en -organisaties 'Sproef', een verbastering van sportproef.

XL14-Sproef-2“In samenspraak met de vereniging gaan wij reeksen van acht tot tien proeflessen aanbieden. Zo is er ruimte genoeg voor een goede kennismaking zonder verplichtingen.” Van Beusekom mikt op kinderen op de basisschool, die zich breder willen oriënteren. Ze stelt vast dat het nu vaak óf het een óf het ander is, terwijl Sproef juist gelegenheid biedt te experimenteren. “Kinderen kunnen via ons concept proeven van een sport, zonder dat ze hun hockey- of voetbalelftal vaarwel zeggen.” Overigens realiseert Van Beusekom zich dat het ook voor Sproef een uitdaging is om kinderen te verleiden tot nieuwe sporten en te behouden voor het concept. Mede daarom maakt ze gebruik van games, filmpjes en sociale mogelijkheden.

"Clubs bereiken op een makkelijke manier een nieuwe doelgroep die ze aan zich kunnen binden"

Deuren open
Verenigingen hoeven hun aanbod niet aan te passen om mee te kunnen doen. Sproef gaat juist uit van samenwerking met de georganiseerde sport. Wel zullen clubs hun deuren moeten open zetten voor kinderen die niet meteen lid worden. Een kans, meent Van Beusekom. “Clubs bereiken op een makkelijke manier een nieuwe doelgroep die ze aan zich kunnen binden. De kans dat een aantal kinderen na een les of acht echt enthousiast is, is groot.” Voor het zover is, moet er nog wel het een en ander gebeuren. Het concept staat, maar de uitvoering is cruciaal. “Work in progress”, zegt van Beusekom.

“Dit concept kan overal en in verschillende sporten aanslaan, maar we willen een gedegen start maken in een beperkt aantal gemeenten. Er zijn nu gesprekken gaande over pilots.” Dan komen ook de kosten ter sprake. Van Beusekom zou graag zien dat deze voor deelname aan Sproef voor de ouders beperkt blijven. Die mogelijkheid is er als gemeenten en verenigingen, ieder vanuit het eigen belang, bijspringen. “Voor ons is nu belangrijk dat alle partners overtuigd zijn van het idee, bereid zijn daaraan bij te dragen en het voor kinderen mogelijk maken zoveel mogelijk van sport te proeven.”

Voor meer informatie: info@sproef.nl en www.firmaleef.nl

« terug

Reacties: 4

Holtman
14-04-2016

De kracht van jullie initiatief zit dan in het 10-weekse programma? Samen met de trainer de lessen voorbereiden en begeleiden? Vind je dit geen taak voor de bond in combi met vernieuwende concepten? In veel gemeenten worden vergelijkbare SOK projecten opgezet. Op onze site sportpas.nl worden momenteel in 31 gemeenten 777 activiteiten/ cursussen georganiseerd. Ik denk dat jullie vooral ook meerwaarde zouden kunnen bieden in de benadering / motivatie van de minder actieven, de lessenreeksen zijn veelal prima op niveau. Eens dat een brede oriëntatie van wezenlijk belang is, wij toonden in 2009 in Hellendoorn aan dat 'cursisten' 6 jaar later meer sporten, dat 27% nog eens 'terug' komt en dat 18% jaren later alsnog lid wordt. Succes met jullie acties.

Margot van Beusekom
18-04-2016

Beste Holtman,

Je hebt helemaal gelijk. Het vormgeven van de lessenreeksen is zeker een taak van de bonden en de verenigingen. Daar bemoeit Sproef zich inderdaad niet mee; daar zit niet onze toegevoegde waarde. Wij brengen dit aanbod op een vernieuwende manier samen. Op een manier die aansluit bij de belevingswereld van kinderen van nu. We creeren hiermee één totale multisport beleving voor ze. 

Ik vertel je er graag meer over. Mocht je dat leuk vinden, stuur me dan een mail: margot@sproef.nl.

Chester Berkel
24-04-2016

Het idee om kinderen te laten 'sproeven' aan allerlei verschillende sporten zal altijd een meerwaarde hebben, is het niet de algemene motorische ontwikkeling, het krijgen van plezier door te bewegen dan wel het ontdekken van talent.

Ik werk momenteel voor de gemeente Den Haag en ben nu nog werkzaam in de Schilderswijk. Daar willen wij ook graag dit kinderen aan andere sporten proeven dan wat vaak het meest voor de handliggend is. Wat ik graag als vraag zou willen neerleggen, omdat ik daar in de Schilderswijk (centrum van Den Haag) tegen aanloop is: hoe kan je ouders en de kinderen triggeren om buiten de wijk te gaan kijken naar het sportaanbod? Want veelal landen de kinderen bij de dichtstbijzijnde voetbalvereniging omdat gebrek aan vervoer en tijd het probleem is (blijkt te zijn).

Margot van Beusekom
25-04-2016

Beste Chester,

Dank voor je reactie. Ik hoor dit argument inderdaad wel vaker. Je noemt een aantal redenen waarom kinderen niet buiten de eigen wijk sporten. Ik zou het zelf interessant vinden hier eens verder in te duiken. Wat zijn de achterliggende redenen? Geen vervoer of tijd zijn, kan ik me voorstellen, de eerste reacties die je krijgt. Maar ligt daaraan ten grondslag? Als je dieperliggende motivaties boven water kunt krijgen kan dit helpen oplossingen te ontwikkelen die misschien wel werken. Zie voor meer informatie ook mijn artikel over sportinzichten.

http://www.sportknowhowxl.nl/nieuws-en-achtergronden/column-xl/item/102814/sportinzichten-als-basis-voor-het-tegengaan-van-uitstroom-van-leden

Mocht je hier eens verder over van gedachten willen wisselen, neem gerust contact op.

Groeten Margot (margot@firmaleef.nl)

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst