Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuwsberichten-Nieuwsbericht

Balans in sportplezier en -prestaties bij kinderen

door: Thomas van Zijl | 18 februari 2016

Sport biedt vele en misschien zelfs gouden kansen, maar die worden niet vanzelf benut. Een bal de zaal ingooien en kijken wat er gebeurt is bij lange na niet voldoende. Dat pleidooi houdt Nicolette Schipper-Van Veldhoven die vanmiddag geïnstalleerd wordt als lector Sportpedagogiek. Zij is ervan overtuigd dat niet alleen prestaties tellen, maar juist gekeken moet worden naar het totale kind om de meerwaarde van sport te verzilveren.

De installatie van Schipper-Van Veldhoven als lector Sportpedagogiek mag dan het officiële startschot zijn, zij is reeds sinds 1 september 2014 aangesteld als lector aan hogeschool Windesheim in Zwolle. De opdracht van Schipper-Van Veldhoven raakt aan het pedagogisch handelen in zowel de sportpraktijk als de lichamelijke opvoeding. Een plezieriger en veiliger sportklimaat staat daarin centraal. Sport heeft voor haar op dit moment heel duidelijk twee gezichten.

“We benadrukken hoe goed sport is op tal van terreinen: voor de gezondheid, sociale cohesie en verbinding. Tegelijkertijd mogen we onze ogen niet sluiten voor wat er verkeerd gaat, zoals de eenzijdige focus op prestatie, schreeuwende ouders of trainers en seksuele intimidatie.”

XL7 LectorSportpedagogiek-1

Cruciaal is het pedagogisch handelen van trainers en gymleraren. Zij richten hun aandacht te veel op sporttechnische oefeningen en te weinig op de dialoog met leerling of pupil

Derde opvoedmilieu
Er wordt, zo zegt Schipper-Van Veldhoven, veel van de sport verwacht. Naast de thuissituatie en school, geldt sport zelfs als derde opvoedmilieu. Die verwachtingen kunnen worden waargemaakt, maar daar is dan wel een ander perspectief voor nodig en lessen in wat Schipper-Van Veldhoven 'omgangskunde' noemt. Cruciaal is het pedagogisch handelen van trainers en gymleraren. De aandacht is vaak nog te veel gericht op sporttechnische oefeningen en te weinig op de dialoog met leerling of pupil. Waar het voetbalcoach en oud-gymleraar Van Gaal te doen is om de totale mens, hamert Schipper-Van Veldhoven op het totale kind.

“Weten waar kinderen hun plezier uit halen, dat telt. Winnen zit al in het DNA van de sport, ik wil mijn bijdrage leveren door er plezier en persoonlijke ontwikkeling aan toe te voegen.” In die missie hoopt Schipper-Van Veldhoven ondersteund te worden door de trainers en docenten van de toekomst. Het doet haar goed te constateren dat ze het tij in ieder geval mee heeft. Haar andere werkgever NOC*NSF zet zich, in samenwerking met de sportbonden, al enige jaren in voor het actieplan 'Naar een veiliger sportklimaat'. Het bevorderen van gewenst en voorkomen van ongewenst gedrag vraagt om een cultuurverandering die vooral vormgegeven zal worden door mensen die nu nog in de schoolbanken zitten.

XL7 LectorSportpedagogiek-2

“Zij zijn toekomstig docenten, trainers en sportleiders. Deze groep kan makkelijker het bewuste pedagogische handelen leren.” Het gaat Schipper-Van Veldhoven daarbij niet zozeer om het ontwikkelen van interventies. Aan de basis staat een dieper besef. “Vraag aan docenten en trainers of ze prestaties belangrijker vinden dan de totale ontwikkeling van het kind. Een grote meerderheid zal ontkennend antwoorden. Toch ziet de praktijk er vaak anders uit. Daar moet verandering in komen.”

"Het is goed dat deze partijen begrijpen dat de sport een maatschappelijke rol kan vervullen, maar dat daar dan ook verantwoordelijkheden bij komen"

Brede alliantie
Schipper-Van Veldhoven kan bij het bewerkstelligen van die verandering rekenen op de brede alliantie die dit lectoraat mogelijk maakt. Naast NOC*NSF zijn dat de zes hogescholen met een Academie voor Lichamelijke Opvoeding, CIOS-NL, Landstede Sport en Bewegen en de gemeenten Zwolle, Arnhem en Rotterdam.

“Het is goed dat deze partijen zich inspannen. Dat ze begrijpen dat de sport een maatschappelijke rol kan vervullen, maar dat daar dan ook verantwoordelijkheden bij komen.” Schipper-Van Veldhoven benadrukt dat iedereen daarbij kan helpen, van de bestuurder tot de coach, tot de vrijwilliger, al mogen de eisen wat haar betreft zo her en der wel worden opgeschroefd. Ze trekt de parallel met de kinderopvang en het onderwijs. Er gaan jaren aan opleiding aan vooraf voordat iemand daar aan de slag mag. Er moet gegarandeerd goed gekwalificeerd personeel werken.

“Al die voorwaarden laten we varen als het om sport gaat. Iedereen kan zich melden om een elftal te trainen of te begeleiden. Dat is een keuze, maar als we sport meer willen laten zijn tijdverdrijf, is er echt meer nodig.”

Voor meer informatie over de lectorale rede van Nicolette Schipper-Van Veldhoven op 18 februari vanaf 14.30 uur in Zwolle klik hier. Voor meer informatie over het lectoraat Sportpedagogiek: klik hier.

« terug

Reacties: 1

Willy Van Delsen
29-04-2016

Mijn 2 kleinkinderen, geboren in 2003, werden deze week uit het topsportdepartement van de Vlaamse badmintonfederatie gezet omdat zij/de ouders  zich niet honderd procent konden engageren om alle trainingsmomenten en daarbij horende verplichtingen na te kunnen komen.

Beiden zijn meervoudig Belgisch kampioen in hun leeftijdsreeksen U 13 en zijn grote talenten die hun badmintontrainingen ook nog succesvol combineren met tennis.

Op die manier lopen zij een aantal hoogstaande buitenlandse jeugdtornooien mis en kunnen zij zich in het buitenland niet meer meten met de buitenlandse betere spelers.

Zijn er artikelen beschikbaar waarin deze problematiek beschreven wordt ?  Daarmee bedoel : hoe past een trainer/coach zich aan aan de persoonlijkheid van een speler en in hoeverre dient of wordt rekening gehouden ( te )  met de omstandigheden ( bij voorbeeld 6 uren onderweg om  2 uren te trainen terwijl het in de regio veel makkelijker zou zijn ).

 

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst