door: Thomas van Zijl | 17 december 2015

Een balletje hooghouden, dat kan Stijn De Pourcq wel. Sterker nog, het lukt hem zelfs met vijf ballen tegelijkertijd. Niet voor niets gaat de Belg dan ook door het leven als voetbaljongleur. Hij treedt wereldwijd op en ziet dat zijn circusact steeds populairder wordt. Zeker nu de Rode Duivels het goed doen en de verwachtingen voor het komende EK hoog gespannen zijn.

Inspiratie haalde De Pourcq vele jaren geleden uit de wereldberoemde warming-up van Diego Maradona eind jaren tachtig in München. Op de klanken van Live is Life liet hij de bal soepel rollen van hoofd, tot schouder, van knie tot voet.

“Dat wilde ik ook kunnen”, zegt De Pourcq, die zich tot die tijd vooral toelegde op trucs met kleinere specifieke jongleerballen. De eerste stap in het voetspoor van Maradonna was een oefening waarbij de bal telkens weer van hoofd naar schouder gaat – en andersom. Vele trainingsuren zorgden ervoor dat De Pourcq zijn arsenaal steeds verder kon uitbreiden. Hij kan inmiddels bijna alles met een bal, maar er staat geen voetballer op het podium. “Het is nog steeds circusjongleren, maar dan met een voetbal. Zo af en toe gebruik ik mijn voeten, maar het merendeel doe ik met mijn hoofd en met mijn handen.”

Jongleur ook goede voetballer?
De Pourcq zal van zichzelf ook nooit beweren dat hij een goede voetballer is, in ieder geval niet op topniveau. “Wat ik mis? Dat moet je aan mijn trainers vragen, haha. Met alleen deze techniek kom je er in ieder geval niet.” De voetbaljongleur trekt de parallel met zaalvoetballers. "Ook zij kunnen op een groot veld vaak niet mee. Aan hun balbeheersing ligt het niet, dus spelen andere factoren een rol. Voetballers moeten in een wedstrijd het verschil maken met functionele techniek. Ze moeten hun man kunnen passeren en een goede pass geven. Dat staat ver weg van wat ik op een podium doe.”

Toch trekt ook De Pourcq volle zalen. Hij is een veelgevraagd gast bij sportgala’s, in de rust van voetbalwedstrijden, recepties, openingen van winkels en bedrijfsfeesten. “Als mensen iets bijzonders willen zien, komen ze wel eens bij mij uit. Ook in Nederland treed ik regelmatig op, zo’n tien keer per jaar.”

De Pourcq had er veel voor over om het op het podium te maken. Hij trainde er thuis uren voor, maar leerde de finesses van het vak in Zuid-Amerika. In Mexico City en Buenos Aires bezocht hij een circusschool. “Natuurlijk is het belangrijk dat de trucs technisch goed worden uitgevoerd, maar het draait ook om presence; de goede manier van opkomen, bewegen, buigen. Dat heb ik echt daar geleerd.”

Internet ontploft
Het is een van de manieren waarop De Pourcq zich kan onderscheiden. Het wordt steeds moeilijker er bovenuit te springen. In België heeft hij nog geen concurrenten, in Nederland zijn ze al wel opgestaan. “De jongleerwereld is de afgelopen tien jaren ontploft. Het internet heeft de meest fantastische trucs voor iedereen toegankelijk gemaakt. Het is een kwestie van de goede filmpjes kijken en eindeloos oefenen. Dat blijft de basis.”

Afgunst is er onderling niet tussen jongleurs en freestylevoetballers. Er zijn in tegenstelling tot vroeger zelfs bijeenkomsten waar oefeningen en ervaringen uitgewisseld worden om het algemene niveau op te krikken. De Pourcq blijft zich uitdagen, in de wetenschap dat een hele nieuwe generatie zich achter Youtube warmloopt.

“Eigenlijk moet het telkens straffer dan voorheen. Vernieuwing is belangrijk, maar soms is de grens bereikt.” Die geldt voor De Pourcq vooral in fysiek opzicht. De ellenlange trainingen eisen hun tol. Met de jaren is hij blessuregevoeliger geworden. Het lichaam kan al die capriolen geen tien uur per dag meer aan. “Mijn lies is een kwetsbaar punt, dus ik doseer wat meer dan vroeger, maar op het podium zullen bezoekers daar gegarandeerd niets van merken.”

Net als verstandige topsporters bereidt De Pourq zich wel alvast voor op een maatschappelijke carrière 'voor later': "Sinds anderhalf jaar heb ik me ook toegelegd op het maken van kunstwerken: 'popsmeedkunst' ofwel assemblage art van poppenonderdelen, elektronische componenten, medische en religieuze artefacten..." Of daar een goed belegde boterham mee te verdienen is, zal de tijd leren.

Voor meer informatie: www.footballstijn.net