Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Nieuws Alert-Item

Sportverenigingen vormen hart van de Europese sportsector 12 september 2015

Persbericht Mulier Instituut, 12 september 2015 | Utrecht/Brussel

Meer dan 60 miljoen mensen in Europa sporten in verenigingsverband bij organisaties die draaien op de betrokkenheid en inzet van vrijwillig kader. Sportverenigingen zijn daarmee onmiskenbaar belangrijk voor de Europese samenleving. Niettegenstaande trends van individualisering en consumentisme, komen verenigingen centraler te staan in het sportbeleid. Dit is de belangrijkste boodschap uit het boek ‘Sport Clubs in Europe: A Cross-National Comparative Perspective’, dat onder redactie van het Mulier Instituut, de University of Bern en de Sporthochschule Koln is verschenen. Op 12 september is in Brussel, bij het ENGSO-Forum ‘The Role of Sport Clubs in Changing Society in Future’, de eerste editie van het boek gepresenteerd.

3logosSportClubsinEuropeOnderzoekers uit twintig verschillende landen hebben in ‘Sport Clubs in Europe’ hun krachten gebundeld en voor hun eigen land beschreven hoe sportverenigingen zich hebben ontwikkeld, welke positie de sportverenigingen innemen in beleid en samenleving en wat de toekomstperspectieven van de sportverenigingen zijn. Sportverenigingen vormen een onmiskenbaar sociaal fundament en zijn in het overgrote deel van Europa sterk in lokale gemeenschappen geworteld. Uiteraard zijn er verschillen tussen de Europese landen. Deze verschillen hangen grotendeels samen met het ontstaansgeschiedenis van sportverenigingen en het politieke landschap.

In alle Europese landen worden sportverenigingen ondersteund door de overheid en daarnaast zijn ze in diverse landen in beeld als partner voor het realiseren van de sociale en maatschappelijke doelen van het sportbeleid. Dit gaat gepaard met grotere verwachtingen en verantwoordelijkheden voor sportverenigingen. Om hier op een goede wijze invulling aan te geven en de potentie van sportverenigingen te laten groeien, is ook aandacht nodig voor de knelpunten die verenigingen ervaren (voldoende deskundig kader, financiële positie, leden).

Sport Clubs in Europe maakt verder duidelijk dat:coverSportClubsInEuropa175

  • Het lidmaatschap van sportverenigingen is het hoogst in Nederland (27% van de bevolking). In Polen (3%) is het lidmaatschap van een sportvereniging het laagst. Het Europese gemiddelde is 12% overeenkomend met 60 miljoen Europeanen die lid zijn van een sportvereniging.
     
  • In alle Europese landen kunnen sportverenigingen op overheidssteun rekenen, maar de mate van deze ondersteuning en de plek die sportverenigingen innemen in het beleid verschilt sterk tussen de Europese landen.
     
  • Noord-Europese en West-Europese landen waren de voorlopers waar het ging om het benutten van de maatschappelijke waarde van sportverenigingen. Dit proces heeft meer recent navolging gekregen in Zuid-Europese landen en vervolgens ook in de Oost-Europese landen.
     
  • In Finland, Duitsland en Oostenrijk zijn relatief veel omnisportverenigingen. In Polen, Griekenland en Hongarije richten verenigingen zich nagenoeg alleen op het verzorgen van trainingen en het deelnemen aan competities. In de andere landen ondernemen verenigingen daarnaast ook andere activiteiten gericht op het verbreden van de maatschappelijke functie en het werven van fondsen.
     
  • Sportverenigingen draaien overal in Europa vooral op vrijwilligers en er is maar zeer beperkt sprake van betaalde krachten. In Hongarije en Polen is het aandeel betaalde krachten hoger dan in andere landen. Het percentage van de bevolking dat vrijwilligerswerk verricht bij sportverenigingen is in Nederland 18%, het EU-gemiddelde is 7%.
     
  • In Zweden maken sportverenigingen zich de meeste zorgen over de financiële situatie. 19% van de sportverenigingen geeft aan dat de eigen financiële positie slecht tot zeer slecht is. 8% van de Nederlandse sportverenigingen rapporteert de financiële positie als minder gezond of zelfs zorgwekkend.
     
  • Sportverenigingen ervaren overal in Europa meer concurrentie van commercieel sportaanbod en de toegenomen mogelijkheden voor de burger om ongeorganiseerd te sporten.
     
  • Voldoende kader en leden zijn voor sportverenigingen de voornaamste knelpunten, gevolgd door de financiële positie. In een aantal landen komt specifiek de beschikbaarheid en kwaliteit van sportaccommodaties naar voren als knelpunt voor de verenigingssport (Polen en Oostenrijk).
     
  • De dalende geboortecijfers en de vergrijzing van de samenleving baren sportverenigingen in Europa zorgen, gelet op de samenstelling van het ledenbestand met overwegend jeugdleden.
     
  • Het kennisniveau over sportverenigingen in Europa moet verder worden vergroot, bijvoorbeeld door het uitvoeren van een gezamenlijke onderzoeksagenda aansluitend bij de beleidsuitgangspunten van de Europese Commissie.

Sport Clubs in Europe is een initiatief van het Sport Organisation Research Network (SORN) dat is ontstaan vanuit de jaarcongressen van de European Association for the Sociology of Sport (EASS).

Voor meer informatie over het boek: Remco Hoekman (r.hoekman@mulierinstituut.nl) of Harold van der Werff (h.vanderwerff@mulierinstituut.nl)

Klik hier om Sport Clubs in Europe (ISBN 978-3-319-17634-5) te bestellen.

Nieuws Alert
Vrijwel dagelijks krijgt Sport Knowhow XL vanuit het hele land van allerlei instanties verschillende Persberichten en andersoortige artikelen toegezonden. Slechts een deel daarvan gebruiken wij als input en/of als inspiratie voor de productie van onze eigen nieuwsberichten. Toch kunnen vele aan ons gestuurde (pers)berichten die onze redactie niet (meteen) zelf gebruikt interessant zijn voor onze lezers. De rubriek 'Nieuws Alert' bundelt deze artikelen.

Klik hier om de Nieuws Alerts van Sport Knowhow XL automatisch in je mailbox te ontvangen
« terug

Reacties: 1

Annemieke
14-09-2015

Het is geweldig wat sportverenigingen en hun vrijwilligers in Nederland doen! Zoals uit bovenstaand stuk blijkt, wordt nogal wat verwacht van de sportverenigingen! Veel sportverenigingen nemen al een belangrijke positie in in de participatie samenleving. Vrijwilligers werken hard voor hun club en voor een deel van de werkzaamheden mag je dan ook een vergoeding ontvangen. Maar als je je "te veel" inzet voor je club, word je onmiddellijk afgestraft door de belastingdienst!  En dat is niet omdat je dan "een hele hoge" vergoeding per uur krijgt. Daarnaast komen er voor iedere vrijwilliger nog heel veel niet-vergoede uren bij! De vergoeding is bij lange na nog niet in verhouding met de omvang en tijdsbeslag van het werk. Tijdsinzet aan vrijwlligersopleidingen (en kosten) nog buiten beschouwing gelaten. En een eventueel kerstpakket en de kosten van een bedrijfsuitje worden zelfs bij de vrijwilligersvergoeding opgeteld!

We willen allemaal dat zoveel mogelijk mensen zich inzetten als vrijwilliger...

Wordt het dan niet hoog tijd dat de toegestane vergoedingsregeling voor vrijwillgers eens nader bekeken wordt? 23 jaar en ouder: 4,50 per uur; jonger dan 23 jaar: 2,50 per uur. Max. 150 per maand of 1500 per jaar (bijv. voor 2800 uur per jaar=7 uur per week).

Laten we dan ook meteen de voorwaarden eens bekijken: Om als sportorganisatie de vrijwilligersregeling te kunnen toepassen moet o.a. aan de volgende voorwaarden worden voldaan: de vrijwilliger verricht de werkzaamheden niet bij wijze van beroep. Toch willen we allemaal dat de vrijwilligerstaak professioneel wordt uitgevoerd... "Toch fijn dat die leerkracht zich in mijn sportvereniging inzet voor het jeugdteam".

Volgens een woordvoerder van de belastingdienst zouden de verenigingen op het gebied van de fiscale regelgeving meer geprofessionaliseerd moeten worden ?!

Een schone taak voor alle sportbonden om op te komen voor hun vrijwilligers.

ps ik geef mijn uren netjes door aan de belasting en betaal daar ook belasting over, maar soms vraag ik me af waar ik mee bezig ben...

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst