Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Plannen voor verandering Spelen zijn vooral goed voor IOC zelf 2 december 2014

door: Willem de Boer

Met afgrijzen zal IOC-voorzitter Thomas Bach het lijstje met bids voor de Olympische Winterspelen van 2022 korter en korter hebben zien worden. De Duitse voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité (IOC) zag in 2013 München afhaken na een lokaal referendum. Dit jaar trokken ook Stockholm, Krakau, Lvov en Oslo zich terug, met name vanwege de hoge kosten, absurde eisen en een gebrek aan transparantie van het IOC. Waardoor alleen Alma Ata (Kazachstan) en Peking zijn overgebleven.

Mede als reactie hierop, heeft het IOC veertig plannen gepresenteerd die 'het unieke karakter van de Olympische Spelen en van sport in de samenleving moet verstevigen'. Op 8 en 9 december zullen de 104 IOC-leden over deze plannen stemmen. Veel van deze ideeën zijn weinig zeggende ambities (‘faciliteren van samenwerking tussen overheden en sportorganisaties’) of moeten de transparantie van het IOC vergroten, zonder wezenlijke veranderingen aan te brengen. Zo blijft het schimmige, anonieme stemmingsproces rond de toewijzing van Spelen buiten schot, evenals een goede verantwoording de miljarden euro’s bestedingen van het IOC.

Toch symboliseren de plannen een belangrijke kentering voor wat betreft het organiseren van de Olympische Spelen zelf. Zo moet het mogelijk worden om sporten ook buiten de gaststad van de Spelen en zelfs in meerdere landen te laten plaatsvinden. Ook wordt het gebruik van bestaande sportfaciliteiten aangemoedigd, wordt de bid-procedure goedkoper en mag het organiserende land zelf ook sporten aandragen voor op het olympisch programma. Hierdoor moet het weer aantrekkelijk worden voor steden om een bid voor de Spelen in te dienen.
 
Deze situatie doet denken aan de Zomerspelen van 1984 in Los Angeles. Die stad was de enige kandidaat, onder meer nadat de Zomerspelen van 1976 in een financiële ramp waren geëindigd voor het organiserende Montreal. Los Angeles realiseerde de Spelen tegen lage kosten: vooral bestaande faciliteiten werden gebruikt en de sporters werden op verschillende campussen gehuisvest. Een dergelijk scenario, waarbij het IOC zich voegt naar de eisen van de organiserende stad, wil de bond nu koste wat kost voorkomen.

De 40 plannen zijn een stapje in de goede richting. Maar het zijn verre van echte hervormingen

De veertig plannen zijn een stapje in de goede richting. Maar het zijn verre van echte hervormingen die nodig zijn voor economisch en maatschappelijk verantwoorde organisatie van Olympische Spelen. Om dat te zien is het vooral goed om te kijken naar wat het IOC níet voorstelt.

Ten eerste, het IOC gaat niet de lokale investeringen meefinancieren, ondanks dat het zo’n vijf miljard euro aan inkomsten door het evenement genereert. Een fatsoenlijke bijdrage in het feestje dat je zelf geeft lijkt voor de hand te liggen, maar in de sport is dat niet altijd zo. Mee investeringen in bijvoorbeeld de lokale sportinfrastructuur kunnen de waarde van sport vergroten, evenals het draagvlak voor de Spelen. Daar heeft het IOC op lange termijn ook baat bij.

Ten tweede zijn er geen voorstellen over vermindering van eisen aan organisatie zelf. De Olympische Spelen zijn vrijwel volledig een multimediaal evenement. Toch zien de gastlanden zich telkens genoodzaakt om investeringen te doen in grootschalige sportstadions en één Olympisch Dorp, die na het evenement niet of nauwelijks gebruikt worden. Er zijn goedkopere en effectievere alternatieven te bedenken. Momenteel eist het IOC dat haar leden en de sponsors als ware zonnekoningen behandeld moeten worden. In de huidige plannen wordt steden wel meer vrijheid gegeven om hier invulling aan te geven. Door de vergrote onderlinge concurrentie kan het resultaat echter mogelijk hetzelfde zijn. Bovendien werken ze corruptie in de hand. De voorstellen gaan dus lang niet ver genoeg.

Het IOC probeert niet de bredere maatschappelijke waarde van de Olympische Spelen te vergroten

Tot slot worden de maatschappelijke effecten van sport niet geadresseerd door het IOC. Uit onderzoek blijkt telkens dat alleen een groot sportevenement organiseren er niet ertoe leidt dat meer mensen gaan sporten of gezonder gaan leven. Toch hebben die evenementen veel potentieel om mensen in beweging te krijgen of met elkaar te verbinden. Alleen door te investeren kan dat potentieel ook worden gerealiseerd. Het IOC doet nu voorstellen gericht op het maximaliseren van de eigen economische waarde, maar probeert niet de bredere maatschappelijke waarde van de Spelen, of sport in het algemeen, te vergroten. Dat is blijkbaar een taak van de nationale sportbonden en overheden.

Kortom, het IOC maximaliseert de eigen opbrengsten tegen de laagste kosten. Daarbij is het tegen de grenzen aangelopen en nu verruimt het de eisen op enkele punten. De huidige voorstellen zijn gericht op weer ‘voldoende’ competitie tussen steden. Dit moet - op den duur -  leiden tot een hogere prijs: grootsere en duurdere Olympische Spelen. Die leveren het IOC immers de beste sponsordeals en duurste uitzendrechten op.

Wat betekenen de veranderingen voor Nederlandse ambities om de Spelen te organiseren? Het huidige kabinet heeft die plannen weliswaar in de ijskast gezet, maar er zijn nog veel mensen en organisaties binnen en buiten de sport die de hoop op Olympische Spelen in Nederland niet hebben opgegeven. De veranderingen bieden Nederland op het eerste gezicht kansen, om tegen veel lagere kosten dan voorheen de Spelen te organiseren.

Veel potentiële olympische accommodaties zijn al gebouwd verspreid door het land. Het zwemmen kan worden gehouden in Eindhoven en het baanwielrennen in Apeldoorn. Dit zorgt voor een bredere inbedding in de Nederlandse samenleving en mogelijk ook een groter draagvlak. Maar tegelijkertijd wordt de concurrentie alvast groter. Toeval of niet, net voordat de plannen van het IOC bekend werden, meldden zich al twee Duitse steden (Hamburg en Berlijn) zich als kandidaat voor de Zomerspelen van 2024, of anders 2028. Om de concurrentie af te troeven zullen minimale investeringen waarschijnlijk niet volstaan. Het werkelijk organiseren van de Zomerspelen in Nederland zullen dus, ook met de nieuwe regels, een verre van maatschappelijk optimale investering vergen.

In de huidige IOC-plannen worden ook de minimale kosten voor het indienen van een bid verlaagd. Daarom zou het aantrekkelijk kunnen zijn om met een economisch en maatschappelijk verantwoord bid een goedkoop gokje te wagen aan de olympische roulettetafel. De winstkans voor zo’n ‘inzet’ zal dan op korte termijn het grootst te zijn.

Na de winstgevende Spelen van 1984 stonden immers de steden weer in rij voor de Spelen, waarna de lat – en de prijs die de inwoners van het organiserende land betalen - steeds hoger kwam te liggen, met de Winterspelen van Sochi als voorlopig hoogtepunt. Een herhaling van dit patroon na de invoering van de huidige plannen is waarschijnlijk. Van een ander scenario, namelijk dat ook Alma Ata of Peking zich terugtrekt voor de Spelen van 2022, zal Thomas Bach nog wel eens wakker liggen.

Willem de Boer is als sporteconoom verbonden aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN). Hij is daar werkzaam als senior onderzoeker bij het Sports Economics Research Centre (SERC), binnen HAN Sport en Bewegen. Hij houdt zich onder meer bezig met prijselasticiteit binnen de sport, economische impact van sportevenementen en de betekenis van sport voor de Nederlandse economie. De Boer is momenteel secretaris van de Werkgroep Evaluatie Sportevenementen (WESP). Drs. Willem de Boer is sporteconoom aan het Sports Economics Research Centre van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen.

« terug

Reacties: 4

Kees de Voogd
05-12-2014

Als je maar vaak genoeg roept dat het IOC ontransparant is, gaat ook uiteindelijk iedereen het geloven. Blijkbaar was het ook voor Drs. de Boer, Sporteconoom bij het Sports Economics Research Centre, te veel moeite om de vele documenten die het IOC op haar website publiceert te onderzoeken. http://www.olympic.org/documents-reports-studies-publications 

Willem de Boer
05-12-2014

Beste Kees,

 

Ik ben niet de enige die vindt dat het IOC wel wat transparanter kan zijn. Het IOC zelf erkent dat ook door er in haar 40 plannen te benoemen. Aanbeveling nr. 29 heet zelfs ‘increasing transparency’, zonder daar overigens heel concreet te worden. Voor mij staat het publiceren van veel documenten op de eigen website - mij welbekend - niet gelijk aan transparantie. Ook daar geldt: kijk wat er níet staat. 

Hierboven probeerde ik duidelijk te maken dat financiële motieven een rol spelen bij het IOC. Dat op zich hoeft geen slechte zaak te zijn. Maar meer transparantie zou kunnen beginnen door dat motief te erkennen. 

Kees de Voogd
07-12-2014

 

"Een fatsoenlijke bijdrage in het feestje dat je zelf geeft lijkt voor de hand te liggen, maar in de sport is dat niet altijd zo."

"evenals een goede verantwoording de miljarden euro’s bestedingen van het IOC."

http://www.olympic.org/Documents/IOC_Interim_and_Final_Reports/IOC_Report_2009-2012_Interactive_ENG_Sept13.pdf

Ik ben geen econoom of boekhouder en ontdekte de antwoorden op bovenstaande vragen vanaf pagina 54 in bovengenoemd document. Hoe transparanter wil je het hebben ?

Misschien beter om eerst te kijken wat er wél staat ?

Kees de Voogd
08-12-2014

http://www.olympic.org/content/the-ioc/ioc-sessions/127th-ioc-session/

Nog transparanter ???

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst