Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Play the Game; van bedreigde (sport)journalisten tot de ethiek van eSport 14 november 2017

door: Ivo van Hilvoorde

Van 26 tot 30 november vindt in Eindhoven voor de tiende keer het congres 'Play the Game' plaats, wereldwijd een van de belangrijkste podia voor sportethische kwesties. Het wordt voor het eerst in Nederland, en voor de vierde keer buiten Denemarken georganiseerd.

Ik spreek Jens Sejer Andersen, grondlegger en directeur van Play the Game, over het naderende congres in Eindhoven en over de ontwikkelingen sinds 1997, toen het congres voor het eerst werd georganiseerd. Ik sprak Jens voor het in eerst in 2008 tijdens het pre-olympisch congres in China. Hij vertelde me toen dat hij letterlijk werd geschaduwd door de Chinese overheid. Dat was geen stoere grootspraak van een Kuifje in de dop. Ik zag met eigen ogen hoe het hem onmogelijk werd gemaakt om met Chinese collega’s in contact te komen. Bij iedere tafel waar Jens aanschoof werden Chinezen gemaand om te vertrekken. 

Geen wetenschappelijk debat
Op mijn vraag waarom hij in 1997 het initiatief nam voor dit congres schetst hij de situatie in die jaren rondom ethische vraagstukken in de sport. In de jaren negentig was er onder wetenschappers en journalisten al veel bekend over dopinggebruik en corruptie, maar er waren nauwelijks mogelijkheden voor een publiek en wetenschappelijk debat over deze kwesties. 

"Mede vanuit marketingoverwegingen moest vooral de positieve waarde van sport benadrukt worden"

Onderzoekers met kennis over EPO-gebruik en corruptie binnen instituten als FIFA stuitten vooral op doofpotten, weerstand en ook intimiderende agressie. Mede vanuit marketingoverwegingen moest vooral de positieve waarde van sport benadrukt worden. Veel betrokkenen hadden er belang bij om doping vooral als een individueel probleem te schetsen en corruptie als non-existent. Het is een van de verdiensten van Play the Game dat ze een platform boden aan journalisten en onderzoekers die op andere plaatsen vooral met argwaan werden bejegend. Wat begon als een bescheiden journalistiek project, groeide uit tot een uniek evenement, met meer dan vierhonderd deelnemers en honderdvijftig sprekers.

Veranderingen in 20 jaar
Nu spreek ik Jens Sejer Andersen over het naderende congres en over de vraag wat er in zijn ogen in die twintig jaar is veranderd. Hij benadrukt dat veel thema’s die werden besproken in beperkte kring van het congres nu volop in de aandacht staan in het publieke debat. Zo presenteerde Alessandro Donati tijdens het Play the Game-congres van 2005 een onthullend onderzoek naar de verwevenheid van internationale dopinghandel en criminaliteit. Het onderzoek kreeg veel aandacht en werd ook een belangrijk uitgangspunt voor strategische keuzen van WADA. 

Onderzoeksjournalisten als Andrew Jennings, Jens Weinreich en Thomas Kistner speelden een belangrijke rol bij onthullingen van schandalen binnen de FIFA. Het duurde even voordat hun belangrijke werk ook in bredere kring op waarde werd geschat. Matchfixing stond al jaren op de agenda van Play the Game voordat het serieus werd genomen door overheden. Dat is voor een belangrijk deel de verdienste van journalist (en academicus) Declan Hill. 

"Ook in eigen land hebben we recent kunnen zien hoe de onafhankelijkheid van onderzoekers in het geding is"

Gevangen in subsidiestromen
Jens Andersen ziet ook meer betrokkenheid vanuit de wetenschap, hoewel hij nog steeds vaststelt dat die kritische rol van wetenschap te wensen over laat. Velen publiceren nog vooral onder en voor elkaar en zijn nog gevangen in subsidiestromen waarin het aantonen van de positieve waarde van sport centraal staat. Hij geeft ook het voorbeeld van de impactstudies van grote sportevenementen. Ook in eigen land hebben we recent kunnen lezen (zie hier) hoe de onafhankelijkheid van onderzoekers in het geding is als het gaat om het aantonen van de impact van sportevenementen.

Wat thema’s als corruptie of matchfixing betreft lopen veel wetenschappers nog achter de feiten aan; feiten die voor een belangrijk deel het (niet ongevaarlijke) werk zijn van onderzoeksjournalisten die doordringen tot de geldstromen van de moderne sport. Deens onderzoekster Kirsten Sparre zal tijdens het congres verslag doen van een onderzoek naar journalisten die letterlijk te dicht bij het vuur komen en te maken krijgen met agressie, intimidatie of soms nog erger.

Ethische kwesties rondom eSport
Zelf ben ik door de organisatie gevraagd iets te zeggen over ethische kwesties rondom eSport. Het uitspreken van vermoedens over de duistere krochten binnen de wereld van eSport zal geen aanleiding zijn tot het tappen van telefoons of het wegsturen van tafelgenoten. Wel is het van belang te erkennen dat eSport zich ontwikkelt tot een volwaardige sport. In een recent uitgegeven boek geven we diverse argumenten om die formele status van eSport ook te erkennen (Sport and Play in a Digital World). Dat gaat verder dan een kwestie van definiëren. 

"In de wereld van virtuele sport bestaat geen verontwaardiging over schwalbes, spugen of elleboogstoten"

Het vaststellen dat er sprake is van een georganiseerde vorm van sportbeoefening is ook van belang om de aandacht te kunnen richten op sportethische kwesties. In de wereld van virtuele sport bestaat geen verontwaardiging over schwalbes, spugen of elleboogstoten. De cyberatleet maakt zich druk om externe assistentie, het saboteren van internetconnecties, hacken, troll-playing, e-spionage, ganking en spawn-camping. Maar het gaat ook om meer serieuze kwesties, zoals afpersing en kinderarbeid. Gamen kan van een speelse activiteit uitmonden in vormen van playbour in dienst van de gaming industrie.

Matchfixing als geaccepteerd verschijnsel
Er is meer kennis nodig van alle verschijningsvormen, om ook eSport ethische kwesties beter te kunnen duiden. Het is bijvoorbeeld bekend dat matchfixing veelvuldig voorkomt, maar het is de vraag of het op dezelfde wijze moet worden beoordeeld als bij andere takken van sport. In sommige eSport-kringen is het zelfs een min of meer geaccepteerd verschijnsel. Jens onderschrijft het belang van de aandacht voor deze nieuwe vormen van digitale sport. In veel landen kijken de millennials al meer naar eSport dan naar andere sporten. Deze ontwikkeling kan niet meer worden genegeerd, ook niet door eSport de formele status van sport te onthouden (zoals in Nederland nog steeds het geval is). 

'Als de sportjournalisten niet naar Play the Game komen, dan komt Play the Game wel naar de sportjournalisten'

Tot slot wil Jens nog even kwijt dat hij hoopt dat Nederlandse wetenschappers en journalisten de kans grijpen om dit unieke evenement bij te wonen, en overtuigd te raken van de meerwaarde van samenwerking tussen wetenschap en journalistiek. De thematiek is te belangrijk voor de gehele sport om die te kunnen negeren. Zoals Guus van Holland het twee jaar geleden verwoordde: als de sportjournalisten niet naar Play the Game komen, dan komt Play the Game wel naar de sportjournalisten. 

Referentie
Hilvoorde, I. van (ed.) (2017). Sport and Play in a Digital World, London: Routledge

Ivo van Hilvoorde is lector ‘Bewegen, School & Sport’ (Windesheim) en docent (sport)filosofie (VU, Amsterdam). Voor meer informatie: i.m.van.hilvoorde@vu.nl

« terug

Reacties: 0

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst