Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Beschermt Den Haag sjoemelende evenementorganisatoren? 17 oktober 2017

door: Egbert Oldenboom

De gemeente Den Haag heeft in 2016 een onderzoek laten uitvoeren naar de economische impact van zestien gezichtsbepalende evenementen, waaronder vier sportevenementen. Het rapport hierover wil zij echter niet vrijgeven. Meerwaarde Open Onderzoek heeft een Wob-verzoek ingediend bij de gemeente Den Haag met betrekking tot dit onderzoek, maar de gemeente heeft dit verzoek op 27 september afgewezen. 

De rapportage is gevoelig omdat het aantal bezoekers van deze evenementen is onderzocht. De meeste van deze evenementen spelen zich af in de publieke ruimte, zoals bijvoorbeeld de City Pier City loop, en het aantal bezoekers van dit soort evenementen wordt nog wel eens overdreven door organisatoren. Volgens toelichting van de gemeente op de afwijzing zijn bezoekersaantallen ‘concurrentiegevoelige gegevens’. In haar motivatie tot afwijzing schrijft de gemeente:

‘Sponsoren stemmen namelijk hun bijdrage aan de evenementen af aan de te verwachten bezoekersaantallen waarbij men veelal uitgaat van een bepaalde bijdrage per bezoeker’. 

Of sponsoren dit zo doen, is twijfelachtig. Afgezien daarvan, zijn er nog meer problemen met dit argument van concurrentiegevoeligheid. Hoe zit dat met bedrijfsgegevens en de Wob? In de Wob wordt een inderdaad een uitzondering gemaakt voor bedrijfsgevoelige gegevens. Artikel 10, 1c van de Wob stelt:

Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit: (…) bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld;

"De meting van bezoekersaantallen is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Den Haag en is betaald met belastinggeld"

Telefoniegegevens Vodafone
Het Wob-artikel gaat dus over bedrijfsgegevens die vertrouwelijk verstrekt zijn door bedrijven, lees: evenementorganisatoren. In dit geval zijn deze gegevens echter niet verstrekt door de organisatoren. Het gaat namelijk om een meting van bezoekersaantallen gedaan met behulp van telefoniegegevens van Vodafone. De meting is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Den Haag en is betaald met belastinggeld. Hiervoor is informatie of medewerking van de organisatoren niet nodig geweest.

Kortom, het Wob-artikel 10.1c is niet van toepassing. Trouwens, al was dit wel het geval, de Haagse evenementen die onderzocht zijn, bazuinen meestal zelf het aantal bezoekers rond.Daaruit kun je afleiden dat deze informatie op zich niet concurrentiegevoelig is, immers, welk bedrijf strooit zelf met concurrentiegevoelige informatie? Ook zou er volgens de gemeente sprake zijn van ‘onevenredige benadeling’ van de betreffende organisatoren (Wob art. 10.2g). Het zou namelijk, aldus de gemeente, wel eens kunnen leiden tot een politieke discussie.

Bovendien zal de openbaarmaking van de informatie over de economische spin off zeer waarschijnlijk leiden tot speculatie bij organisatoren en sponsoren over de mogelijke toekomstige inzet van gemeentelijke subsidies voor de onderzochte evenementen.

Het lijkt mij een goede zaak als beleidsonderzoek ook werkelijk invloed heeft op het beleid en subsidies. Als informatie leidt tot ‘speculatie’, oftewel discussie over subsidies, lijkt me dat eerder een argument vóór publicatie dan ertegen.

Niet eerder protesten
De afgelopen jaren zijn er overigens meer dan honderd rapporten gepubliceerd over de impact van evenementen, met daarin meestal gegevens over bezoekersaantallen.ii Ook in Den Haag zijn er eerder onderzoeken gedaan, bijvoorbeeld tijdens de Volvo Ocean Race en het WK Beachvolley. Dit heeft nooit geleid tot protesten over concurrentievervalsing en evenmin heeft de gemeente Den Haag, als opdrachtgever, publicatie van deze studies tegengehouden. Waarom nu wel? 

"Een aantal organisatoren wil niet dat deze gegevens over bezoekersaantallen openbaar gemaakt worden (...) omdat dan waarschijnlijk blijkt dat hun eigen opgaven niet deugen"

Er is iets heel anders aan de hand. Jarenlang hebben veel organisatoren bezoekersaantallen opgegeven die niet gebaseerd waren op tellingen en die mogelijk veel te hoog liggen. In dit onderzoek - uitgevoerd door de Haagse Hogeschool in samenwerking met Decisio en Sport2B - is nu voor veel evenementen voor het eerst wel een meting van bezoekersaantallen gedaan, en wel, zoals aangegeven, met behulp van telefoniegegevens. Een aantal organisatoren wil niet dat deze gegevens openbaar gemaakt worden, niet omdat deze concurrentiegevoelig zijn, maar omdat dan waarschijnlijk blijkt dat hun eigen opgaven niet deugen. De gemeente schrijft namelijk in haar afwijzingsbrief:

Door de openbaarmaking van de individuele onderzoeksresultaten zouden evenementen met minder hoge bezoekersaantallen ten onrechte als minder geslaagd kunnen worden beschouwd. Ook dit heeft onevenredig nadelige gevolgen voor de organisatoren van de evenementen. 

Om bovengenoemde redenen hebben de organisatoren enkel onder de voorwaarde van vertrouwelijkheid aan de totstandkoming van het rapport meegewerkt. Wij hebben deze vertrouwelijkheid toegezegd.

Gemeente buigt voor particuliere belang
De gemeente schrijft dus dat als de (echte) cijfers over de evenementen naar buiten komen, dat deze evenementen dan wellicht als ‘minder geslaagd’ worden beschouwd. Misschien zijn ze in een bepaald opzicht dan ook wel minder geslaagd? Dit lijkt me vooral een probleem voor de evenementen, en zeker geen maatschappelijk belang. Maar de gemeente buigt dus voor dit particuliere belang van de organisatoren.

"De gemeente laadt de schijn op zich dat zij het belang van sjoemelende organisatoren zwaarder laat wegen dan het algemeen belang van betrouwbare cijfers"

Hoe merkwaardig dit is wordt misschien duidelijker uit een vergelijking met de auto-industrie. Stel dat autofabrikanten jarenlang beweerd hebben dat een bepaald type auto 1 op 20 rijdt. Vervolgens doet de overheid een test, en daaruit blijkt dat deze auto maar 1 op 10 rijdt. Hoe zouden we het vinden als de overheid dan zou zeggen: ‘we publiceren de resultaten van deze test (nota bene betaald door de belastingbetaler) niet. De fabrikanten vinden het niet leuk als we dit publiceren. Want de consument kiest op basis van deze, weliswaar onjuiste, gegevens. De consument weet dan dat deze auto’s minder zuinig zijn en dus krijgt deze fabrikant een concurrentienadeel.’ Ik denk niet dat een overheid daarmee weg komt.

Met andere woorden: de gemeente laadt de schijn op zich dat zij het belang van sjoemelende organisatoren zwaarder laat wegen dan het algemeen belang van betrouwbare cijfers. 

Recht op betrouwbare informatie
Betrouwbare cijfers zijn niet alleen van belang voor sponsoren, maar ook voor burgers. Evenementen kosten de burger indirect geld, aan beveiliging, subsidies etc. Burgers en politici hebben het recht om te weten hoe populair verschillende evenementen in zijn stad zijn. Zeker als die gegevens bij de overheid bekend zijn. En nogmaals: als deze cijfers van invloed zijn op de politieke discussie rond de subsidieverstrekking, zoals de gemeente zelf aangeeft, dan is het toch juist van belang dat ze gepubliceerd worden?

In 2007 werd dit belang in Den Haag trouwens al onderschreven. In dat jaar ondertekende Stichting Den Haag Marketing en Events (vrijwel volledig gesubsidieerd door de gemeente) een convenant, waarin onder andere gesteld wordt:

  • dat het weergeven van bezoekersaantallen bij evenementen voor de bedrijfsvoering en beleidsvorming ten aanzien van die evenementen van groot belang is; 
  • dat zowel de evenementenbranche, de bij deze branche betrokken bedrijven als de overheid gebaat zijn bij een goede weergave van die bezoekersaantallen; 

Dit convenant (bron: Convenant Event Audit) werd ondertekend door elf organisaties, waaronder vertegenwoordigers van de vijf grote steden Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Eindhoven en Den Haag. De ondertekenaars van het convenant beloofden plechtig dat zij de betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van dergelijke cijfers gaan stimuleren. De Haagse strategie om deze belofte waar te maken, door geheimhouding en afscherming en het mogelijk gedogen van onjuiste bezoekersaantallen, mag toch wel opmerkelijk genoemd worden.

Naschrift
Vorige week is de tekst van deze column aan de gemeente Den Haag voorgelegd en om een reactie gevraagd. De gemeente heeft aangegeven ‘niet reeds op voorhand’ te willen reageren.

Egbert Oldenboom (PhD) is economisch onderzoeker en oprichter van de Werkgroep Evaluatie Sportevenementen (WESP), een open onderzoeks-community die streeft naar betrouwbare en transparante onderzoeks- en evaluatiemethoden voor evenementen. In 2007 was hij één van de initiatiefnemers van het Convenant Event Audit. Voor meer informatie: egbert.oldenboom@gmail.com, 06-5555 8757, www.meerwaarde.com en www.open-onderzoek.nl.


Noten:
i. Bezoekersaantallen 2017 volgens opgave organisatoren:

  • City Pier City loop: 150.000 (bron)
  • Life I Live Festival: 200.000 (bron)
  • Vlaggetjesdag: 250.000 (bron)
  • Parkpop: 200.000 (bron)
  • Intocht Sinterklaas: 180.000 (bron)
  • Vuurwerk Festival Scheveningen: 340.000 (bron)

ii. Zie www.open-onderzoek.nl

« terug

Reacties: 4

Arjen de Ruyter
17-10-2017

Eindelijk! Een kritische blik op bezoekersaantallen. De Rotterdam Marathon trekt volgens de organisatie jaarlijks 1 miljoen bezoekers. Rotterdam heeft ruim 600.00 inwoners. Als de helft komt kijken moeten er nog 700.000 mensen van buiten de stad komen. Dat aantal kan de stad helemaal niet verwerken. De genoemde 1 miljoen bezoekers zijn er ook niet. Als je 2 mensen op een meter zet, staat het publiek bijna 6 rijen dik aan beide zijden van de 42,195km.... (42,195 x2 maal 2 zijden = 168,8km parcours voor 1 miljoen bezoekers). Rotterdam heeft een fantastische marathon en trekt veel bezoekers, maar ze staan niet langs het hele parcours met meer dan 5 rijen dik. Dat aantal rijen haalt de Coolsingel niet eens.

Dick van der Klei
17-10-2017

Mooie-vrouwen-test: veel mannelijke lopers zullen het kennen, een leuke vrouw met luide stem en wuivend in het publiek iemand aanmoedigen in jouw buurt. Iemand moet iets bijzonders hebben om hem/haar gemakkelijker te onthouden. Beweging, roepen en een leuk uiterlijk helpen dan. Omdat we allemaal ongeveer even snel lopen als de lopers om ons heen, is de kans groot dat haar vriend of man in jouw buurt loopt. Een paar kilometer verder staat ze er weer. Dezelfde vrouw zie je bij bijv. Rotterdam Marathon zo 3 tot 4 maal, m.n. in Zuid. Daar staan niet veel mensen. Daar reis je met de metro-lijnen in de buurt of de fiets makkelijk langs een reeks van plekken langs het cirkelvormige parcours op dat deel. ROAD RACES zijn GEEN KIJKSPORT. Er is niets aan voor publiek, je herkent niemand (teveel lopers), je kent niemands naam zoals bij Max Verstappen. Wie kijkt langs de kant, woont er vlakbij en zit opgesloten in het parcours, en komt heel even zijn huis uit, of moedigt een bekende aan. Uitzondering: de Coolsingel en vlak voor de finish, ongeveer vanaf de Goudsesingel. Dat lijkt het meer een kijkevenement. Zouden vrouwelijke lopers een mooie-mannen-test hebben?

Michiel de Nooij
17-10-2017

Tja, bezoekersaantallen. Bij mijn eerdere dam tot damloop onderzoek schatte de organisatie dat er 250.000 bezoekers waren, terwijl onze schattingen op een nog steeds indrukwekkende 115.000 kwamen. Beter inzicht in hoe hoog bezoekersaantallen zijn en wat het verschil is tussen wat organisaties zeggen en wat gemeten is is nuttig. Daarmee juich ik deze poging om het rapport te achterhalen toe.

Blijft dat hier een verborgen rapport is. Dit verborgen rapporten syndroom is altijd lastig maar ook veelzeggend. De vraag is natuurlijk wat het zegt. Het kan inderdaad zijn dat Den Haag probeert sjoemelende evenementenorganisaties te beschermen. Maar er zijn ook alternatieve verklaringen. Dit onderzoek is voor erg weinig geld uitbesteed (bedragen heb ik alleen off record gehoord). Dat bepaalde onder andere de keuze voor economische impact analyse, of meer informatievere methoden. Maar zelfs voor economische impact analyse waren het lage bedragen. En misschien geldt het spreekwoord “alle waar is naar zijn prijs” ook hier, en is het onderzoek niet zo goed dat de gemeente Den Haag er graag mee naar buiten gaat.

Het blijft dus schimmig of de gemeente Den Haag iemand wil beschermen, wie dat dan is, of dat er nog andere verklaringen dan deze twee zijn. 

Egbert Oldenboom
19-10-2017

De gemeente is in haar brief mbt tot de afwijzing van het wob verzoek duidelijk. De reden is, zoals blijkt uit de citaten uit die brief, de uitkomsten mbt de bezoekersaantallen. Over de kwaliteit van het onderzoek rept de gemeente nergens. Dat zou mij ook verbazen, want ik heb zelden of nooit meegemaakt dat een overheid een onderzoek niet wilde publiceren omdat het kwalitatief onder de maat zou zijn. Het criterium is over het algemeen of de uitkomsten wel voldoende in lijn zijn met het bestaande beleid. 

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst