Skip Navigation LinksHome-Nieuws-Column XL-Item

Helden van de bestuurskamer?! 11 oktober 2016

door: Guus Heijnen

Afgelopen augustus zat ik in de Arena te kijken naar de eerste competitiewedstrijd van Ajax. Ik ben een groot liefhebber van goed voetbal en ken het gevoel van een goal, passeeractie of strakke pass omdat ik tot mijn 18e zelf veel heb gevoetbald bij de plaatselijke VV. Bij het laatste fluitsignaal besloot ik echter dat het voorlopig de laatste wedstrijd was die ik zou bezoeken. Vanwaar mijn besluit? De stoel zat lekker, de koffie was behoorlijk en de sfeer in het stadion was prima. Nee, het was de houding van de spelers waar ik me aan stoorde en waar ik niet nog eens een vrije middag aan wilde besteden.

Ik erger me al langer aan het gedrag van profvoetballers maar de reden dat het nu tot deze heftiger reactie leidde was omdat ik de weken ervoor had gekeken naar onder meer de Olympische Spelen. Er valt uiteraard heel veel te zeggen over het grootste sportevenement ter wereld maar ik wil in deze bijdrage aandacht geven aan één facet, een hele kernachtige in mijn optiek, het tonen van sportief karakter. Er zit wat dit betreft een groot verschil tussen het gedrag van voetballers en andere sporters.

Ingooi, voor wie?
Het meest treffende voorbeeld uit die wedstrijd dat mij nu nog kraakhelder voor de geest staat, was een situatie ergens rond de middellijn. Er ontstond een duel tussen twee spelers en vervolgens rolde de bal over de zijlijn zonder dat het precies duidelijk was wie de bal het laatst raakte. Er volgde een toneelstukje waar voetballers en toeschouwers inmiddels vertrouwd mee zijn geraakt: beide spelers steken hun arm in de lucht als teken dat de ingooi voor hem moet zijn en kijken tegelijk hoopvol naar de scheidsrechter. De arbitrage gaf de ingooi aan de uitspelende partij. De speler, het team, de trainer die de ingooi niet kregen, speelde vervolgens een dramatische slachtofferrol. Dit gaat gepaard met boze blikken, gillen, wegwerpgebaren, vloeken en verwensingen. Een flink deel van het publiek kopieert het gedrag van de speler en ‘rechtvaardigt’ daarmee de reactie van die speler.

"De oefenmeester ligt bijkans huilend op zijn knieën bij de vierde man om ‘verhaal te halen’ over het onrecht"

Elk normaal denkend mens met een beetje reflectieve vaardigheid stelt zich bij deze en vergelijkbare situaties vragen zoals: moet dit een werkelijke situatie voorstellen of betreft het een grap? Ik geloof dat het antwoord daarop helaas moet zijn dat het toch bittere ernst is wie de ingooi kreeg daar op de middellijn. Vervolgens rijst de vraag waarom de rest van het stadion er niet wél de humor van inziet. Of er op zijn minst verbaasd over is dat deze speler zulk gedrag vertoont.

Maar ik kijk ook vragend naar de oefenmeester die de boel aanstuurt. Die ligt bijkans huilend op zijn knieën bij de vierde man om ‘verhaal te halen’ over dit onrecht. Vindt hij ook iets van zijn spelers of is hij te druk zijn eigen ‘bijdrage’ te leveren aan de overwinning? Of de bond die de competitie faciliteert? En wat te denken van de mensen die met dit gedrag moeten omgaan, de scheidsrechters. Wat gaat door je heen als je weer een rood aangelopen jongen van 20 schuimbekkend op je af ziet komen, die veel te dicht bij je komt staan en veel te hard schreeuwt? Eerst keer een waarschuwing, tweede keer een kaart, oké. Maar wat víndt hij ervan?

Rol bestuurders
Tot slot de bestuurders van betaald voetbal organisaties (BVO’s). Krabben zij zich op de tribune achter hun oren over deze vreemde vertoning van mensen die bij hen in dienst zijn? Zaken ze wat dieper weg achter de kraag van hun jas? Of staan ze mee te joelen en schreeuwen? Want voetbal is emotie toch?

"Waarom is er nog niet één grote club in Nederland die openlijk eigen gedragsregels opstelt voor haar bestbetaalde werknemers?"

Uiteraard sta ik niet alleen in mijn vragen en worden wel degelijk acties ondernomen zoals ‘respect’ door de FIFA. Ook is het programma ‘Veilig sportklimaat’ door de KNVB omarmd. Ik vind echter dat een bepaalde groep mensen zich deze verantwoordelijkheid meer zou mogen aantrekken: clubbestuurders. Waarom is er nog niet één grote club in Nederland die openlijk eigen gedragsregels opstelt voor haar bestbetaalde werknemers? Denken de bestuurders soms dat dit niet kan? Dat dan niemand meer voor hun wil werken? Dat er dan niemand meer komt kijken? Dat er niet meer wordt gewonnen? Dat de aandeelhouders dan boos worden? Regeert de angst?

Gezien het uniforme gedrag op de velden heeft het er alle schijn van dat bestuurders zich geen vragen stellen bij het gedrag van spelers tenzij er wordt ingegrepen door de tuchtcommissie, dopingautoriteit of de rechter. Maar hallo bestuurder! WAKKER WORDEN! Het gebeurt in jouw huis! Om bestuurders op gang te helpen geef ik hier vier argumenten waarom gedrag van spelers (werknemers) onder jullie taken valt en waarom het goed kan zijn voor de club.

•    Het meest voor de hand liggende, maar niet inhoudelijke argument is dat je gedrag stuurt omdat dat in álle andere bedrijven en organisaties buiten de sport ook gebeurt. Ik durf zelfs te wedden dat het in de rest van de BVO wel gebeurt. Of staat daar ook de commercieel manager te schreeuwen als de kantinemedewerker vergeten is een lepel bij zijn soep te leggen? Of staat de financiële medewerker ook direct kop tegen kop met de stagiaire als de nietjes aan de verkeerde kant van de kwartaalcijfers zitten?

•    Gedrag van spelers heeft direct invloed op de toeschouwers en andersom. Begin met de sfeer in het stadion minder agressief en opgefokt te maken door je spelers bewust te maken van de gevolgen van hun gedrag. Je spreekt hierdoor een breder publiek aan, families bijvoorbeeld. Nieuwe markten dus.

•    Gedrag van spelers op tv en internet heeft direct invloed op het gedrag van spelers in het amateurvoetbal, vooral jeugd! Ik heb dit vroeger zelf aan den lijve ondervonden. Rennen spelertjes van de D6 na een doelpunt naar de cornervlag om feest te vieren met het ‘uitvak’ zoals Ronaldo doet of kopiëren ze klakkeloos zijn gedrag? Om over sommige ouders maar te zwijgen...

Bepaalde spelers en coaches zullen uiteindelijk graag bij je willen werken. Dit zijn absoluut niet de zogenaamde lieverdjes. Het zijn de spelers die door hun gedrag hebben bewezen zich juist veel beter kunnen focussen op het spel, tactiek en plezier.

Tot zover de bekende argumenten. Dan nu tijd voor een ander idee waardoor bestuurders en trainers wellicht wat meer geprikkeld raken.

"Stel dat je je ploeg mentaal zo sterk maakt dat ze ontspannen kunnen lachen om absurd gedrag van tegenspelers"

Stel je voor, je stopt met het aanstellen, het manipuleren, het buitensporig theatrale. Stel je voor, je laat je niet beïnvloeden door wie de ingooi krijgt. Stel je voor, als iemand je een schop(je) geeft dat je gewoon opstaat alsof er niks aan de hand is. Stel dat je je ploeg mentaal zo sterk maakt dat ze ontspannen kunnen lachen om absurd gedrag van tegenspelers.

Zou het dan niet kunnen dat de tegenstander zich machteloos voelt tegen deze mentaal en fysiek schijnbaar onbreekbare tegenstander?

Zou het dan niet kunnen dat je een gunfactor krijgt van de scheidsrechter?

Zou je dan niet een trotse maar respectvolle supportsclub krijgen die een echt thuisvoordeel geven?

Zou je dan niet voor veel sponsoren interessanter worden?

En als gevolg van het getoonde lef om een eigen morele maatstaf te hanteren krijg je onherroepelijk navolging in het amateurvoetbal. Die verantwoordelijkheid heb je als BVO-bestuur. Tijd dat die serieus genomen wordt!

"Eeuwige glorie voor de moed die nodig was om uit de slachtofferrol te kruipen en je werknemers, toeschouwers en betrokkenen een stukje te verheffen"

En mocht je slagen in die missie, dan zorg je voor een breuk in de geschiedenis, een tijd van voor en na het besluit van jullie club om te niet mee te doen met een tendens die de sport ziek maakt. Eeuwige glorie voor de moed die nodig was om uit de slachtofferrol te kruipen en je werknemers, toeschouwers en betrokkenen een stukje te verheffen. Laat zien dat winnen, spelplezier en vermaak los staan van misleiding, aanstellen, matennaaierij, manipulatie en ongeleide agressie. Zo was de sport ooit tenminste bedoeld…

Wie durft er zo moedig te zijn? Wie durft er een eigen morele maat te stellen? Wie zijn de helden van de bestuurskamer?!

Oproep aan sportbestuurders
Herkent de lezer (delen uit) mijn schets? Welke fundamentele vragen zweven er rond in uw organisatie? Ik sta ervoor open om mee te helpen denken. Ook ben ik te boeken voor gastcolleges e.d. Voor meer informatie: guusheijnen@gmail.com.

Guus Heijnen (1984) is als buiten-promovendus verbonden aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij groeide op in Drenthe maar verhuisde in 2003 naar Amsterdam en studeerde daar Sportmarketing (BA) en Wijsbegeerte (MA). Tot vorig jaar was hij op het actief als marathon in-line skater (hoogste divisie landelijk) en schaatser (C/Regionaal). Nu is hij in zijn vrije tijd nog voorzitter van de (semi-) professionele marathonschaatsploeg Team Haven Amsterdam/SKITS en doet hij aan hardlopen, schaatsen, wielrennen en in-line skaten. In zijn filosofische onderzoek richt hij zich op de vraag naar de betekenis van sport in een belevenismaatschappij en is hij als adviseur/expert betrokken bij verschillende organisaties zoals NOC*NSF en Coöperatie NKS. Voor meer informatie: guusheijnen@gmail.com.


Stand van zaken in de bestuurskamer: geen toelichting, geen commentaar
Naar aanleiding van deze column legde Sport Knowhow XL een aantal korte, eenvoudige vragen voor aan de directeuren van Ajax, Feyenoord, PSV, AZ, Vitesse en de Eredivisie. De respons was bedroevend. Toon Gerbrands van PSV negeerde de vragen. Hij gaf aan dat de auteur 'de feiten niet kent', maar hij wenste dit desgevraagd niet nader toe te lichten. Joost de Wit van Vitesse meldde slechts dat hij 'niet de behoefte heeft om op het stuk te reageren'. Ook hij wilde dit niet verder toelichten. Ajax liet via de perschef weten ‘geen prioriteit te geven aan het verzoek, hoe interessant en relevant het onderwerp ook is.’ Vanuit Feyenoord, AZ en de Eredivisie kwam er geen reactie.
« terug

Reacties: 11

henk kuiper
11-10-2016

Hoi Guus, een prachtige column heb je geschreven. Helemaal mee eens. Gr. Henk Kuiper

Astrid Cevaal
11-10-2016

Stadions beginnen aardig op theaters te lijken inderdaad, maar de hoofdrolspelers op de mat schieten hier toch echt vaak hun doel voorbij. Een leuk, spottende reflectie op de gekunstelheid van spelers en tegelijk een uitnodiging aan bestuurders om hier stelling over in te nemen en er maatregelen aan te verbinden. Chapeau Guus!

Simon Gribling
11-10-2016

Guus, je hebt helemaal gelijk!

En dan ook TV-commentatoren opleggen zich te onthouden van commentaar op elke beslissing van de scheidsrechter.

En dan ook niet Zidane tot man van het WK benoemen een half uur nadat hij een stevige kopstoot heeft uitgedeeld in de finale van datzelfde WK.

En dan ook ... (ga zo maar door)

Tim Jansma
11-10-2016

Mooi verhaal, dit. Om twee redenen. De eerste: het perspectief. Je raakt ongemerkt zo gewend aan potsierlijk gedrag op het voetbalveld, dat je soms vergeet dat het zo totaal afwijkt van wat de norm is in andere sporten (zelfs die waarin ook veel zakelijke belangen spelen). De tweede: verantwoordelijkheid. Die wordt doorgaans bij voetballers en trainers gelegd. Mensen op het veld. Maar is dat ook zinvol? Die jongens groeien op in een nogal naar binnen gerichte cultuur, en hun trainers - vrijwel altijd oud-voetballers - net zo goed. Je kunt het ze eigenlijk niet kwalijk nemen dat ze het zelf gewoon niet zien, laat staan dat ze elkaar er op aanspreken. En het gekanker van publiek en media op nieuwe maniertjes is in wezen onderdeel van de dynamiek geworden. Het is een gezelschapsspel, een herhaling van zetten. Daarom is het interessant dat Guus Heijnen bestuurders aanspreekt. Je zou zeggen: die hebben het overwicht en het overzicht, en daarmee het vermogen om het niveau van het voetbalveld te ontstijgen. Die hebben relativeringsvermogen. Ook omdat velen geen product zijn van de cultuur, maar uit bedrijfsleven of andere sporten komen. Schoolvoorbeeld: Toon Gerbrands. Dan is het toch wel bedenkelijk als juist die groep geirriteerd reageert, iets beters te doen heeft of zich ´niet geroepen´ voelt? Wie dan nog wel?

Bert Brinkman
11-10-2016

Geweldige column. Het is iets met opvoeden en dat begint al heel jong, op het moment dat deze mannen nog jochies waren. 

Betsy Raassens
11-10-2016

Guus, mijn hart ging sneller kloppen door dit geweldige verhaal!

Dirk-Wouter Smits
11-10-2016

Terecht om dit aan de kaak te stellen. We zijn met z’n allen veel gedrag rondom het voetbal ‘normaal’ gaan vinden, terwijl dat váák (zoals treffend verwoord in deze column) eerder lachwekkend en zelfs absurd gedrag betreft.

Ik betwijfel wel of het top-down door bestuur (what’s in a name) aangestuurd moet worden. Waarom niet juist bottom-up, al op jonge leeftijd, door vriendjes, ouders en jeugd-trainers?? De huidige generatie prof-voetballers is toch al min of meer ‘verpest’ (uitzonderingen nagelaten natuurlijk). Heb daarentegen wel hoop voor de toekomst.

Zou daarbij helpen als onze kids – de toekomst dus – primair goede voorbeelden door vriendjes, ouders en jeugd-trainers zouden zien. En daarnáást goede voorbeelden van voetballers zelf op TV en in het stadion…

Peter-Jan Mol
12-10-2016

Goede column Guus Heijnen, heel herkenbaar! Maar ben het ook eens met Dirk-Wouter, dat we niet alleen bestuurders moeten aanspreken. Het is een cultuurkwestie. En om die cultuur te doorbreken, zijn er 'helden' nodig die deze cultuur die de sport kan ondermijnen, weten te doorbreken. Die tegen de gevestigde orde binnen de verenigingscultuur, hoe enorm waardevol ook op heel veel terreinen, in het verweer durven te komen. Die hun nek durven uit te steken. Deze helden kunnen hierbij geholpen worden vanuit wetenschap, beleid en praktijk. Hoe pak je zo'n vraagstuk aan? Welke succesvoorbeelden zijn hier al van, van binnen en buiten de sport, binnen en buiten Nederland? Over dit soort vraagstukken is vandaag een groepje bijeen geweest met vertegenwoordigingen vanuit VWS, NOC*NSF, Kenniscentrum Sport, USBO en de VU. Zij bereiden een bijeenkomst voor die het begin kan zijn van een Onderzoeksagenda Integriteit, maar die ook een vertaalslag naar beleid en praktijk moet krijgen. Daarbij nodigen wij jou, Guus, ook graag uit!

Guus Heijnen
13-10-2016

Dank voor alle reacties op mijn bijdrage. 'De feiten' waar dhr Gerbrands het over heeft houden me bezig. Als het werkelijk 'DE feiten' zijn, zouden die dan niet voor ieder mens inzichtelijk en begrijpelijk moeten zijn?  Zou er ook een club zijn die het als een uitdaging ziet gedrag als een concurrentievoordeel te zien? Dit vergt uiteraard een lange termijnvisie, maar wat is nu 20 jaar vooruitkijken als je, zoals veel clubs, al meer dan 100 jaar bestaat?

Dirk-Wouter Smits
13-10-2016

Peter-Jan, zou ook wel geïnteresseerd zijn in bijeenkomst die je noemt. Met name ook vanuit een sportpedagogische perspectief dat ik meedraag. En omdat het past bij praktijkgericht onderzoek waar we mee bezig zijn in Utrecht.

Tibbe Bakker
14-10-2016

Dag Guus, een sterk stuk waar ik me helemaal in kan vinden. We werken in de breedtesport aan veilig sportklimaat maar de grens wordt vaak bij de topclubs getrokken (denk aan het doorgaan van de eredivisiewedstrijden na dood Nieuwenhuizen, toen de KNVB alle amateurwedstrijden aflaste vanwege 'de grote verontwaardiging'), waardoor de koppeling naar het betaald voetbal ontbreekt. Zonde, want alles wat kinderen zondagavond op tv zien, zien we de week daarop terug op de amateurvelden. Bestuurders hebben een gezamenlijke klus om het voetbal te promoten, helaas falen de best betaalde medewerkers daar vaak bij, zoals jij treffend schetst. Compliment! Mvg Tibbe Bakker

Reactie toevoegen

Naam*
E-mailadres*
Reactie*
Stuur mij een e-mail als er een nieuwe reactie wordt geplaatst