door: Anne Schulze | 26 maart 2009
Marktonderzoekbureau MSI-ACI Europe heeft in opdracht van NOC*NSF een onderzoek gedaan naar de mening van de Nederlandse bevolking over de organisatie van de Olympische Spelen en het bijbehorende Olympisch Plan 2028. Aan een steekproef is voorgelegd of ze op de hoogte zijn van het plan, of ze het tussendoel voor 2016 kennen, wat ze van de ambitie vinden de Spelen naar Nederland te halen en of ze denken dat Nederland in staat is dit evenement te organiseren. Sport Knowhow XL vroeg drie deskundigen om te reageren op de uitkomsten van het onderzoek.
Uit de resultaten van het onderzoek is gebleken dat meer dan de helft (57%) van de ondervraagden op de hoogte is van het Olympisch Plan 2028, maar dat slechts een derde weet dat als tussendoel voor 2016 is gesteld dat het sportklimaat verbeterd moet worden. 57% is helemaal of enigzins voor om de Olympische Spelen naar Nederland te halen, terwijl 26% hier nog geen mening over heeft en 17% enigzins of helemaal tegen is. 76% van de ondervraagden vindt het de grote investering waard en ziet voordelen voor het bedrijfsleven, het toerisme en het imago van Nederland. 84% denkt dat als Nederland de Spelen organiseert, dit ook tot een goed einde gebracht zal worden.
Verrassende uitkomst
“De uitkomst dat meer dan de helft van de Nederlanders positief tegenover dit avontuur staat en er voordelen voor Nederland in ziet, vind ik erg verrassend”, aldus Erik Ruts van bureau Sponsorbrein. “De initiatiefnemers van dit plan hoeven in ieder geval niet meer tegen de wind in te fietsen. Dat er geen aanleiding meer is voor strijd - zoals in 1992 - maar juist voor discussie, geeft aan dat er een goede basis is gelegd voor groei en versterking van het draagvlak.”
Ook sportmarketeer Frank van den Wall Bake is positief gestemd over de onderzoeksresultaten. “In een nogal calvinistisch-denkend land, waarin het glas eerder halfleeg is dan halfvol, is een percentage van 76% dat het de grote investering waard vindt de Spelen naar Nederland te halen opmerkelijk hoog. Dat bovendien maar liefst 84% denkt dat wij het ook kunnen, stemt mij gelukkig.” Communicatiedeskundige Harm Rozie is van mening dat dit zelfvertrouwen iets is waar de makers van het Olympisch Plan zich aan kunnen optrekken: “Yes we can, dat is wat iedereen wil horen!”
Gevolgen voor strategie
De resultaten van MSI-ACI Europe kunnen van invloed zijn op de te volgen communicatiestrategie rond het Olympisch Plan. Omdat uit verdere analyse van MSI-ACI is gebleken dat meer oudere mensen (40%) dan jongeren (14% in de leeftijd tussen 18 en 24 jaar) op de hoogte zijn van het plan, is dit allereerst iets waar aan gewerkt zou kunnen worden. “Ik verwacht dat daar nog een sterke groei van het draagvlak te realiseren is”, aldus Ruts. Van den Wall Bake voegt hier aan toe dat de focus juíst op jongeren moet komen te liggen: “Met alle respect voor de ouderen, maar als we over de Spelen praten, hebben het over een nog redelijk ver weg liggende toekomst. Dat betekent dat de jeugd hoe dan ook tot de primaire doelgroepen behoort.” De uitkomt van MSI-ACI dat meer ouderen (29%) dan jongeren (10%) tegen de Spelen zijn, biedt wat dat betreft wellicht perspectieven.
Ook over de algemene communicatiestrategie voor de komende jaren is naar aanleiding van de onderzoeksresultaten iets op te merken. Om het draagvlak te vergroten, is het volgens Ruts belangrijk dat de communicatie in deze fase vooral zakelijk gehouden wordt: “Informeer, leg uit en licht toe waarom je dit wil. Luister goed naar argumenten tegen dit plan, maar ga een strijd uit de weg. Daarnaast is het van belang om niet te vroeg te pieken: 2028 is nog ver weg, dus neem de tijd om het draagvlak te vergroten.” Ook volgens Rozie is de komende tijd een dergelijke strategie nodig: “Het is tegenwoordig al moeilijk om een paar weken vooruit te kijken, laat staan negentien jaar. Een echte strategie voor de pitch vraagt om een sturend communicatieconcept dat staat als een huis. We zullen het van ons zelfvertrouwen moeten hebben, zonder arrogant te worden.” Vervolgens kan volgens Ruts verder gebouwd worden: “Pas wanneer de nominatie bepleit moet worden, komt het erop aan te mobiliseren en te enthousiasmeren.”
De kansen voor Amsterdam
Hoewel Nederlanders dus positief naar de organisatie van de Olympische Spelen en het bijbehorende plan kijken, is het voor het bepleiten van de nominatie van belang dat deze mening door andere landen gedeeld wordt. Daarom heeft MSI-ACI aan Engelse panelleden gevraagd naar welke locatie zij de Olympische Spelen in 2028 het liefste zouden zien gaan, welke locatie de bid naar hun idee waarschijnlijk zal winnen en of ze wisten dat Nederland een bid voor de Olympische Spelen van 2028 overweegt. Hieruit bleek dat 32% de Spelen het liefst in Amsterdam georganiseerd ziet, maar slechts 11% denkt dat Amsterdam de bid zal winnen. Zo’n 8% is op de hoogte dat Nederland in 2028 de Olympische Spelen wil organiseren.
“Dat het buitenland ons weinig kansen toedicht om de organisatie toegewezen te krijgen, is niet verrassend”, aldus Ruts. “Nederlanders zijn goed in borrelen en niet goed in lobbyen: de Engelsen kennen die reputatie van ons blijkbaar.” Ook het idee dat Nederland als klein land toch niet in aanmerking komt voor de Spelen, zou een reden kunnen zijn voor het teleurstellende resultaat. Volgens Van den Wall Bake kan de grootte van ons land juist ook vóór Nederland pleiten. “Ik denk dat dit in de toekomst eerder een voordeel dan een nadeel is. Hoe we het namelijk ook wenden of keren, de Spelen zullen gaan veranderen. Mede ingegeven door de recessie, leeft het besef in toenemende mate dat we terug moeten naar compacte Spelen. Laten we dus van dat ogenschijnlijke nadeel een voordeel maken en dit aspect in de communicatie als één van de speerpunten neerzetten.”
Voor de integrale reactie van Erik Ruts op de onderzoeksresultaten, klik hier
Voor de integrale reactie van Harm Rozie op de onderzoeksresultaten, klik hier
Voor de integrale reactie van Frank van den Wall Bake op de onderzoeksresultaten, klik hier
Voor alle onderzoeksresultaten, klik hier